Bezinning

De decembermaand blijft voor mij altijd een maand van bezinning en terugkijken. Ik kan er niets aan doen, de melancholie druipt ervan af. Maar het is natuurlijk ook een maand van vooruitkijken. Vooral naar het nieuwe jaar dat straks weer voor ons ligt.

De meeste herinneringen gaan naar de hoogtepunten van het jaar. Die zijn voor mij niet zo moeilijk te benoemen. De geboorte van onze tweede kleindochter Livia was een dag met een gouden rand. Maar ook de broers- en zusdag die we dit jaar voor de eerste keer hielden komt dicht in de buurt. En natuurlijk mooie momenten tijdens de heerlijke camper-vakanties houden mij nog vaak bezig. Ik kan er heerlijk van nagenieten. Maar er waren natuurlijk ook minder leuke momenten dit jaar. De bijna fatale operatie van Hans en de nasleep daarvan zorgde voor een emotionele tijd. Maar ook het verlies van een dierbare vriendin. Ook andere mensen die we gekend hebben zijn er helaas dit komende jaar niet meer bij.

Maar het einde van een jaar heeft ook een begin van een heel nieuw jaar. Wat gaan we doen? Waar gaan we naar toe? Wat ligt er in het verschiet? We weten het niet.

Ten aanzien van het bloggen heb ik wel een besluit genomen. Na ruim 2,5 jaar wekelijks te hebben geblogd ga ik de frequentie wat verminderen. De blog komt het komende jaar niet meer iedere week, maar één keer per maand. Wel op een vaste dinsdag, namelijk de laatste dinsdag van de maand. Natuurlijk blijf ik hopen op een enthousiast lezerspubliek. “Tot volgend jaar en ik wens jullie een gelukkig en vooral gezond 2018 toe”.

Mart

Mijn Amerika, heet het nieuwe boek van Mart Smeets. En je hebt of een enorme hekel aan hem of je vindt hem leuk. Ik ben van de laatste categorie, al gaat het bij mij niet zo ver dat ik gek op hem ben. Ik kan hem gewoon waarderen, laten we het daarop houden.

Waarderen, vooral omdat hij jarenlang onderdeel uitmaakte van de driewekelijkse Tour de France-uitzendingen. Al dan niet voor een mooi oud kasteel of op een verlaten parkeerterrein. Mart Smeets was er altijd en wist er iets van te maken.

Daarom had ik een kaartje gekocht om afgelopen woensdag naar de bibliotheek van Wateringen te gaan om te luisteren naar een ‘lezing’ van Mart Smeets. De hele bibliotheek zat vol met Mart-fans. Hij werd zogenaamd geïnterviewd door een medewerker van de WOS. Maar De Mart laat zich niet interviewen, want hij praat gewoon aan één stuk door. De ene anekdote na de andere wordt voor het voetlicht gebracht. Hij weet het wel boeiend te vertellen, eigenlijk net zoals in zijn boeken. Mart Smeets is blij dat hij niet meer hoeft te verschijnen op tv. (al doet hij dat nog steeds weleens bijvoorbeeld bij de Wereld draait door). Maar vervelen doet deze eminente grise van de Nederlandse TV zich zeker niet. Hij heeft het juist erg druk. Maar het boek ‘Mijn Amerika’ te schrijven was een droomwens van hem. Hij is tientallen keren in het immense land geweest en heeft veel meegemaakt. De meest in het oog vallende verhalen zijn nu gebundeld in het boek. Een aanrader voor als je nog een keer naar de States wil. En die plannen hebben wij wel; maar dan pas over twee jaar. Dus alle tijd om het, natuurlijk, aangeschafte boek te lezen. Voor Hans heeft De Mart speciaal een opdracht geschreven; ‘Voor Hans, eens moet het ervan komen! Go West, young man (in 2019)? Doen! Mart Smeets’

Na het verkrijgen van de handtekening en opdracht kon ik het toch niet laten om nog te vragen naar zijn mooie Noorse truien. “Die heb ik nog ergens liggen in een vuilniszak”, was zijn antwoord. En de volgende handtekening moest alweer gezet worden.

    

 

Winterfair

Met de vriendinnen hadden we besloten een dagje uit te gaan naar de Allerhande winterfair in het spoorwegmuseum in Utrecht. Het tijdstip; afgelopen zondag. Er was wel wat sneeuw voorspeld, maar in het Westland was, toen we weggingen, nog niets aan de hand. Natuurlijk gingen we met de trein, maar wel eerst met de auto naar Schiedam. Want het openbaar vervoer is in Westland sowieso niet te doen en in de kou wachten zijn wij ook niet gewend. Met openbaar vervoer reizen trouwens ook niet. Maar dat is weer een ander verhaal.

De heenreis verliep overigens prima. We konden overstappen in Rotterdam en waren precies rond 11 uur in Utrecht. Daar stonden de pendelbussen naar het museum al klaar. Prima geregeld dus. Alleen was het een beetje druk, maar ach, het museum is best groot. Na binnenkomst natuurlijk eerst naar de koffie. Er was echter alleen maar koffie verkrijgbaar en geen thee, wat op zich best vreemd is, maar ook weer niet als de leverancier van de koffie Perla is (het huismerk van AH). Dat achtervolgde ons natuurlijk de hele dag, want alle producten die te zien waren op de fair waren natuurlijk verkrijgbaar bij Albert Heijn. Maar we werden niet teleurgesteld in het assortiment. Ik heb nog nooit zoveel smaken en hapjes door elkaar geproefd. Dat ging van een slokje wijn, een toastje met eendenborst, een plakje gerookte ham, een banaan in chocolade, een ijsje met lage calorieën naar een heerlijke proeverij van tropische vruchten. Misschien wel mijn favoriet want er was naast vasalis ook papaja, baby-ananas, passiefruit en sharonfruit. Heerlijk en onbeperkt pakken. Maar we moesten op een gegeven moment wel verder.

Naast alle lekkere hapjes was er ook veel te zien. Het spoorwegmuseum is een leuke omgeving voor een dergelijke fair. En als klap op de vuurpijl was het rond twaalf uur ook nog gaan sneeuwen. En niet zo’n klein beetje ook. Met op de achtergrond een gospelkoor dat werkelijk fantastisch zong en warme chocolademelk in de hand was het goed toeven, zowel binnen als buiten.

Rond vijf uur waren we wel helemaal voldaan en konden we aan de thuisreis gaan denken. Wij nog naïef denkend dat dat net zo makkelijk zou gaan als heen. Maar dat was natuurlijk een misrekening. Als het weer extreem is, gaat het helemaal mis bij de spoorwegen. Nu hadden wij nog geluk. We moesten eigenlijk alleen lang wachten op de pendelbus, maar op het station vonden we al snel een trein richting Amsterdam. Vanaf Amsterdam CS konden we weer doorreizen naar Rotterdam en vanuit daar met de sprinter naar Schiedam.

We hadden zogenaamd wel geluk, want in de trein troffen we mensen aan die al vanaf het middaguur in de trein zaten om naar een bestemming in het noorden van het land te komen. Wij hadden in ieder geval een heel gezellige dag gehad en veel gelachen. En nog een tip voor de allerhande winterfair. Geen papieren tasjes meer want de inhoud van onze goodiebags zakte daar naar verloop van de tijd doorheen.

Livia

Sinds zondag 26 november hebben wij er een kleindochter bij. Haar naam is Livia. Wij zijn dolblij dat alles zo goed verlopen is. Livia werd geboren om 12.45 uur thuis in Capelle aan de IJssel. Mama Marjolein heeft het geweldig gedaan en papa Jos is natuurlijk ook enorm trots. Gelukkig konden we ook meteen gaan kijken bij de nieuwe wereldburger. En dan sta je er toch weer versteld van hoe klein zo’n kindje is. De handjes, de voetjes, alles zit erop en eraan. De oogjes nog dicht. We waren ontroerd.

Een geboorte in de familie zet je ook weer aan het denken. Wat zal haar rol zijn op aarde? Misschien wordt ze wel beroemd of gaat ze een grote ontdekking doen. Maar hopelijk wordt ze gewoon gelukkig en blijft ze gezond.

Op zo’n moment mis je ook weer mensen. Het zou zo geweldig zijn als je even dit geweldige nieuws ook zou kunnen delen met mensen die er niet meer zijn. Ik vertrouw er maar op dat ze een oogje in het zeil houden. Dat kan nooit geen kwaad.

Kleine Livia weet nog nergens van. Het enige waar ze zich mee bezig houdt is een warme borst met melk en een schone broek en natuurlijk veel slapen.

Ik fantaseer al wat ik allemaal met haar kan gaan doen als ze wat groter is. Leuke uitstapjes, haar leren haken en breien en natuurlijk geheimpjes delen en dat natuurlijk samen met ‘grote’ nicht Julia.
Lieve, lieve Livia dat is je oma’s grootste wens. Groei maar lekker door en we houden nu al ontzettend veel van je.

P.s. De naam Livia is een Romeinse naam. De vrouw van keizer Augustus heette Livia.

2030

Vorige week woensdag was ik op een open discussieavond over de toekomst van het Westland en dan met name ‘hoe ziet het Westland eruit in 2030’. Ik rekende snel uit dat ik rond die tijd ongeveer 71 jaar ben en er dus nog kan zijn. Enkele weken daarvoor was ik op een bijeenkomst van de Rabobank met eenzelfde thema, ook 2030, maar dan als lezing van futurist Jeroen van Hooijdonk. Toen ging het over de snelheid van de robotisering, de werkgelegenheid en het wel of niet hebben van een zelfsturende auto. Heel interessant allemaal en eigenlijk is het niet gek om erover na te denken en te praten. Immers wie had twintig jaar geleden gedacht dat iedereen met een mobiele telefoon zou lopen. Dat we elke minuut van de dag bereikbaar zijn en dat onze communicatie sneller is dan ooit.

Terug naar het gemeentekantoor in Naaldwijk. Aanwezig was een dwarsdoorsnede van burgers, ondernemers, gemeenteraadsleden en andere geïnteresseerden. Helaas weinig jongeren, terwijl het toch echt over hun toekomst gaat. De aanwezigen waren in groepen verdeeld die gingen discussiëren over vier voorbeelden van hoe het Westland er anno 2030 uit zou kunnen zien.

Aan de hand van scenario’s werden de aanwezigen verzocht zich in te leven in één van de vier scenario’s. Vervolgens moest er gediscussieerd worden over het ‘doen’ en ‘niet doen’  ten aanzien van de volgende ambities; Westland voedt en ‘vergroent’ de wereld, Thuis in Westland en Bruisend Westland.

Uit de discussie kwam in de wereld van ‘macht/schaalvergroting en tweedeling tussen arm en rijk’ waarin ik was ingedeeld de ambitie voor dat er ingezet moet worden op Westland als kennisstreek, waarbij we onze kennis moeten verkopen. Tevens werd er gepleit voor meer woningbouw desnoods door het ‘inpolderen’ van zee en vond de groep dat het Westland zich meer moet gaan richten op het telen van zogenoemde niche-producten.

Weer ’terug’ in 2017 kwamen er nog genoeg ‘oudzeer’ voorbij, maar die zijn nog niet een fractie van wat ons te wachten staat over een jaar of twaalf. Ik hoop erbij te zijn om dan nog eens deze oude blog tevoorschijn te halen om te kunnen concluderen dat we er vermoedelijk helemaal naast zaten.

Detox

Vermageren, lijnen, diëten, detoxen, hoeveel namen zijn er niet te verbinden aan het ene magische woord afvallen. Zelf heb ik al een bijna levenslange haat/liefde verhouding met mijn weegschaal. Er zijn ook maar heel weinig diëten die ik niet gevolgd heb. Punten tellen bij Weight Watchers, shakes bij Atkins, geen koolhydraten, Green Happiness, bloeddrukdieet met heel veel sla. Je kunt het niet zo gek opnoemen of ik heb er ervaring mee. Ik ben zelfs nog een aantal jaren consulente geweest bij Weight Watchers en heb diverse mensen (inclusief mijzelf) kunnen supporteren naar een gezonder gewicht.

Het gewicht van mijzelf kent een zomer en wintervariant. In de winter probeer ik altijd zoveel mogelijk te lijnen en af te vallen en vervolgens komen deze kilo’s er in de zomer weer bij. Ik hou nu eenmaal van het goede leven en ben in mijn hart een Bourgondiër. Toch weet ik dat het niet goed gaat als ik er niets aan doe. Er komen allerlei pijntjes en pijnen die er voorheen niet zaten. En aangezien ik in afwachting ben van mijn knieoperatie is het natuurlijk veel verstandiger om met een aantal kilo’s minder op de bank komen te zitten.

Dus vanaf deze week weer een besluit genomen. Het is uit met de wijn, chocolade, pinda’s en bier en vanaf deze week een gezond dieet. Ik mag zelfs geen koffie, maar kan niet helemaal garanderen dat ik dat ga volhouden. Veel mensen zullen denken, is het niet beter dat je dat na de feestdagen gaat doen? Nee, want juist verleidingen weerstaan maakt je een krachtiger persoon. En ik denk altijd maar zo; straks ben ik er blij mee en die gebakjes en andere lekkere dingen komen echt wel weer eens op mijn pad (in de zomer?).

Dus vanmorgen zit ik aan mijn alproyoghurt met banaan, kiwi en blauwe bessen en een kopje detoxthee.

De dag is nog maar net begonnen.

Vertellis

Nieuwsgierigheid heeft altijd al in mij gezeten. Ik ben niet voor niets vijftien jaar correspondent geweest van de Westlandsche Courant. Daardoor kon ik mensen allerlei dingen vragen, deze opschrijven en er het mijne over denken. Eigenlijk doe ik hetzelfde nu nog als ik een bruidspaar bezoek om de trouwceremonie door te spreken en ze door te zagen over van alles en nog wat.

Via facebook kwam ik in aanraking met het ‘spel’ Vertellis. Omdat ik nieuwsgierig was naar de vragen die via het spel worden gesteld heb ik het besteld en afgelopen weekeinde was het dan zover.

We kwamen met twee andere bevriende stellen bij elkaar om gezellig te eten. En aangezien dit spel bedoeld is om aan het einde van het jaar te spelen, kwam dit prima uit. Het spel bestaat uit vier delen. Vragen over het afgelopen jaar, twee delen individuele vragen en vragen over het komende jaar. De kaarten werden ondersteboven op tafel gelegd in vier stapeltjes en we gingen van start.

Ronde 1: wie of wat heeft je het meeste verrast? Een vraag voor de eerste kandidaat. Verder waren er vragen zoals: ‘Wat heb je dit jaar niet bereikt, wat je wel had willen bereiken?’ maar ook ‘wat was één van je leukste dagen?’. Sommige van de vragen waren best wel moeilijk te beantwoorden en de antwoorden waren in sommige gevallen ook wel verrassend. En in enkele gevallen moesten de partners eraan te pas komen om het antwoord te ontfutselen. Best wel leuk om te horen.

We gingen ook af en toe best ver in op het onderwerp waardoor er weer een interessant gesprek ontstond. De individuele vragen waren ook erg leuk en verrassend. Een voorbeeld: ‘bedenk met wie je aan tafel het afgelopen jaar wel een dagje had willen ruilen.’ Voor we het wisten was het al bijna twaalf uur. In de laatste ronden gingen de vragen over een vooruitblik naar het komende jaar. Ook die waren zeer uitdagend. Benieuwd wie de volgende ‘slachtoffers’ zijn van ons nieuwe spel.

Wil je meer weten over het spel Vertellis; www.vertellis.nl

Staar

Gisteren heb ik drie oog-onderzoeken gehad, die uiteindelijk belangrijk zijn voor mijn volgende operatie. Aan staar; u leest het goed. Ik heb staar op mijn 58ste. En ik ben volgens mijn oogarts nog niet de jongste, maar zeker ook niet de oudste. Die was 103 volgens hem. Eerst dacht ik dat het matige zicht, dat ik al bijna een jaar heb, te wijten was aan het medicijngebruik, maar nu blijkt het dus echt een oogafwijking te zijn.

Een staaroperatie is een fluitje van een cent. Tenminste volgens hen die het hebben laten doen. Je voelt er niets van en het is zo gebeurd.

Mijn opa van Baalen had op latere leeftijd ook heel slechte ogen. Ik denk dat het in de jaren zeventig was dat hij een staaroperatie moest ondergaan. Toen stonden deze operaties volgens mij nog helemaal in de kinderschoenen, want het was een heel ding. Vooral omdat opa al 80 jaar was. Voor die tijd droeg mijn opa een bril met letterlijk en figuurlijk jampotglazen. Na de operatie droeg hij nog steeds een bril. Ik heb dus geen idee of het werkelijk geholpen heeft.

Mijn oogarts kan mij zelfs helemaal van een bril afhelpen. Hoe dat kan? Door het implanteren van kunstlenzen die meteen mijn afwijkingen verhelpen. Dit kan zelfs door multifocale kunstlenzen. Natuurlijk ga ik niet over één nacht ijs en zal daar eens goed over nadenken. De assistent die mij gisteren hielp bij de onderzoeken raadde een dergelijke lens zelfs af. Dit vanwege het feit dat je nooit helemaal scherp meer ziet. En… belangrijk detail, eenmaal die lenzen geïmplanteerd kunnen ze er niet zomaar zonder risico uit. En we hebben het hier wel over ogen hé.

Hij raadde overigens aan om te gaan voor lenzen die het lees- en dichtbij gedeelte verbeteren en de ‘rest’ op te lossen met een bril voor veraf. Zo ben ik 46 jaar geleden ook begonnen en ik denk dat dat een prima oplossing is. Volgende week zal ik dit bespreken met de oogarts en dan maar wachten op een oproep.

Mochten er mensen zijn die dit lezen en handige tips hebben of ervaringsverhalen, dan hoor ik het graag.

Portret

Het was zeker geen vlaag van verstandsverbijstering toen ik mij enkele maanden geleden opgaf voor een cursus portrettekenen. Anja Keijzer, van atelier ’t Penseeltje in De Lier zei tegen me dat het gewoon een truc is. Iedereen kan het.

Ik weet nog niet helemaal zeker of dat klopt, want ik heb nu nog maar één les gehad. Maar ik vind het wel heel erg leuk. Mijn hele leven ben ik al leergierig geweest. Ik heb mezelf ook veel dingen aangeleerd, zoals werken op de computer met de meest geavanceerde programma’s. Omdat ik ook graag een instrument wilde leren spelen ging ik tien jaar geleden op gitaarles. Dat werd echter geen succes. Ik had er geen talent voor. Bovendien kreeg ik het vreselijk in mijn rug omdat ik vermoedelijk teveel verkrampt achter de gitaar zat. Een droom spatte in duigen, maar … ik heb het wel geprobeerd.

Hetzelfde geldt voor heel veel andere cursussen en workshops die ik door de jaren heen gedaan heb. Ik vind het leuk. Je komt altijd weer andere mensen tegen en je wordt er zeker niet dommer van.

Maar nu even terug naar afgelopen zaterdag waar ik naar De Lier ging voor de eerste les portrettekenen. Ellen Bodmann is de kunstenares die lesgeeft. Ze vertelt mij en nog een paar nieuwelingen over de chiaroscuro-techniek. Dit is de techniek die we gaan gebruiken. Het gaat over licht en donker oftewel licht en schaduw. We krijgen prachtig materiaal, mooi papier en diverse houtskool-potloden. Er zijn drie potloden die alle drie zwart zijn, maar wel in diverse gradaties. Verder witte houtskool (ik wist ook niet dat het bestond) en een wit pastelpotlood. Een ander belangrijk instrument is de verdoezelaar. Een soort gum waarmee je harde lijnen zacht maakt en een kneedgum waarmee je te veel houtskool weg kunt halen. Na een uitgebreide uitleg over het tekenen van diverse lichaamsdelen en natuurlijk het materiaal mogen we aan de slag.

We tekenen drie ballen die als het ware uit het papier moeten vallen. Dit alleen door gebruik te maken van het licht- en schaduweffect.

De ballen in licht en schaduw

Ik heb er niet op gelet, maar volgens mij had ik het puntje van mijn tong uit mijn mond. En de tijd vloog om. Het is heerlijk rustgevend werk en ik ben nu al erg enthousiast. Volgende week beginnen we met een neus.

Wil je meer weten over portrettekenen: www.ellensfineart.nl of www.penseeltje.nl

School

Mijn kleindochter is gisteren voor het eerst naar school geweest. Proefdraaien noemen ze dat, want ze wordt volgende maand vier jaar. Dat is een mijlpaal; zowel voor haar als voor  papa en mama. Echt naar school gaan is iets bijzonders.

Zelf weet ik natuurlijk niets meer van mijn eerste schooldag. Mijn moeder vertelde me altijd dat ik maar één jaar naar de kleuterschool ben geweest omdat ik zo’n lief kind was. Zelf denk ik dat ze het erg gezellig vond dat ik nog thuis was en aangezien wij zeker vier kilometer van de kleuterschool afwoonden, was dat vermoedelijk ook uit praktische redenen. Ik heb er nooit hinder van gehad. Later zat ik samen met mijn broer en zus op de Christelijke school ‘Rehoboth’. De school; een enorm gebouw stond midden in het centrum van Naaldwijk. Precies waar nu de winkels van de Rembrandtstraat zijn. Achter de school een enorm schoolplein waar we altijd heerlijk konden rennen en spelen. Ik kan me niet herinneren dat ik gepest ben of zelf pestte. Ik was een rustig kind, niet opvallend bijdehand of aanwezig. Wel weet ik dat ik een keer in de hoek moest staan, maar volgens mij is het niet vaak voorgekomen.

In de zesde klas (toen de laatste) kregen wij les van juffrouw de Wit. Een aardige dame met een knot. Ze droeg altijd lange jurken met daaroverheen een vestje. Als ik mijn ogen dicht doe zie ik haar nog zo achter haar lessenaar zitten. Wij hebben een keer stiekem in haar kast gekeken. Er lagen een soort ligakoeken in met chocolade. Die hebben we daar gelaten, want je durfde natuurlijk niets.

Wat ik me ook nog herinner van mijn schooltijd was dat we soms gingen ‘staken’. Dan liepen we met hele groepen uit je eigen klas en scandeerden onder het kantoor van de bovenmeester: ‘We staken, we staken!’ Het gaf een enorm gevoel van macht. Ik kan me niet meer herinneren of Meester Koekoek (de bovenmeester) gehoor gaf aan onze oproep. Ik denk het zelf van niet. Maar af en toe moest je natuurlijk wel een keer uit de band springen. Op de laatste schooldag kreeg ik symbolisch van bovenmeester Koekoek een hand. Hij wenste me succes op mijn volgende school en via mij voor de hele klas.

Dat waren wel zo’n beetje mijn herinneringen aan school. Ik heb er natuurlijk veel geleerd; lezen, schrijven, rekenen. Maar als je nog heel jong bent gaat dat klaarblijkelijk vanzelf. Mijn kleindochter Julia staat aan het begin van deze lange weg. Maar ik heb veel vertrouwen dat het haar prima gaat lukken.

Troef

Als je alle troeven in handen hebt ben je heel goed bezig. Dat wist ik natuurlijk al lang, maar wat troeven in werkelijkheid waren wist ik niet. Ik kan namelijk niet klaverjassen. “Wat, kun jij niet klaverjassen? Dan ben je geen echte Westlander”, zei een vriend van ons enkele maanden geleden. Het toeval wil dat hij in Monster klaverjas-les geeft en er blijkt veel belangstelling voor te zijn. In zes lessen leer je het spel doorgronden en spelen. Hans en ik hadden er meteen zin in. Met in mijn achterhoofd het ‘niet-Westlander-zijn’ dat mij natuurlijk enorm stak. Daarom gingen wij donderdagavond naar de eerste les.

Ik weet wel waarom ik het nooit geleerd heb. Op de middelbare school werd ontzettend veel gekaart door de jongens. Dat vonden wij meiden natuurlijk niet zo leuk, want dat betekende dat er geen aandacht was voor ons. Later heb ik veel gekaart bij mijn familie en vrienden in Poeldijk. Maar dat waren meer kaartspelen voor grote gezelschappen, zoals hartenjagen, jokeren en duizenden. Ik leerde het kaarten bij grote katholieke gezinnen waar het een geliefde tijdspassering was op zondag en op verjaardagen. Thuis werd bij ons nooit gekaart. Ik kan het me in ieder geval niet herinneren. Hoogstens een potje patience.

Mijn opa vond het een ‘spel van de duivel’. Toen er in de oorlog soldaten werden ingekwartierd in zijn bollenschuur heeft mijn vader (toen nog een jongetje) echter een keertje door een raam gekeken en zag mijn opa met veel plezier met de soldaten kaarten.

Maar ik dwaal af.

Het klaverjassen onder de knie krijgen is nog lang niet zo makkelijk. Je moet goed opletten waar de troeven zitten, met je maat samenwerken en natuurlijk punten tellen. Dat valt nog niet mee als je net weet hoe de volgorde van de kaarten is. Maar ik moet zeggen, ik heb er wel lol in. Afgelopen zaterdag bleken vrienden van ons ook goed te kunnen kaarten en na het eten kwam het spel op tafel. Om halfeen hadden we twee ‘bomen’ gedaan. WIJ hadden af en toe troef; maar ZIJ wonnen de ‘Roem’.

Doekjes

Enige weken geleden heb ik mijn uitgebreide netwerk aan vrouwen uitgenodigd om langs te komen voor een zogenoemde ‘doekjesavond’. Ik zal het even verder uit de doeken doen. Sinds de introductie van Tupperware (52 jaar geleden) worden er in huiskamers demonstraties gehouden van producten. In de jaren tachtig was dit al heel populair en waren er naast de bekende plastic bakjes, kledingparty’s, make-up party’s, schoonmaakparty’s en zelfs lingerieparty’s. Tijdens de lingerieparty werden er zelfs spannende speeltjes verloot.

Het was vooral leuk om gastvrouw te zijn, want dan werd je extra verwend door de consulente van het betreffende product.

Ik ben altijd gek op deze party’s geweest. Heb zelfs nog eens overwogen om zelf consulent te worden aangezien ik er van overtuigd ben dat ik goed kan verkopen. Zelf word ik namelijk ook altijd al snel overtuigd van het product. Als het goed gebracht word kun je alles aan mij kwijt. Maar er zijn natuurlijk wel grenzen.

Een paar maanden geleden had ik een party bij één van de buurvrouwen uit ons appartementencomplex. De schoonmaakdoekjes met Duitse microvezel werden door de consulente prachtig geïntroduceerd. Zelfs een spiegel met handcrème ingesmeerd werd moeiteloos schoon. Amazing. Belangrijk bij een dergelijke party is ook om mensen erbij te vragen die het product al kennen. Zij zijn medeverantwoordelijk voor een goede omzet.

Ook ik werd overtuigd van het gemak van de doekjes en ik moet zeggen dat ben ik nog steeds. Ik maak heel makkelijk en zonder schoonmaakmiddelen alles schoon en de doekjes maken waar wat beloofd wordt. Kortom ik ben er blij mee. Daarom besloot ik ook een party te geven om nog meer mensen te overtuigen van het gemak hiervan.
Er kwam op mijn uitnodiging een leuk clubje mensen. Het hadden er meer mogen zijn, maar het was wel heel erg gezellig. De consulente deed haar uiterste best en maakte er een gezellige avond van. Er werden tips en trucs uit het huishouden uitgewisseld en we hebben erg gelachen.

Uiteindelijk besloten toch maar niet te gaan voor een consulentschap. Te veel gedoe en gesjouw, maar het blijft wel een leuk fenomeen.